The Sky is the Limit in Bali

12 augustus 2015 - Legian, Indonesië

In de avond van 6 augustus komen we na een lange rit (8 uur) in de auto en een veerboot oversteek (1,5 uur) aan in Gilimanuk, een havenplaats die de Oostkust van Java verbindt met het Westen van Bali. Vanuit daar zijn we van plan om naar Pulau Meninganjan (eiland boven Bali) te gaan om te snorkelen, dus nemen we een taxi naar ons Bed and Breakfast (Nina) zo'n 18 kilometer verderop. De B&B heeft weinig comfort en het is weer even slikken, zo zonder warm water en 'normaal' toilet. Het doet ons denken aan hotel Vista in Bengkulu. Er komt een gids langs die ons informeert over de mogelijkheden om te gaan snorkelen rondom het eiland. We zijn eigenlijk te moe om naar hem te luisteren dus beloven we hem de volgende ochtend in te lichten over onze keuze over het snorkelen. Het bed is een mini twijfelaar!

De volgende ochtend bestaat het ontbijt uit droge roti (Indonesisch witbrood) met een jam die nog het meest lijkt op geplette jeneverbessen. De lucht ziet er grauw en grijs uit en de vorige avond heeft het geonweerd, daarom kiezen we er voor om niet te gaan snorkelen. Met onweer op het water zitten is vragen om problemen. Echt heel jammer, deze trip hadden we ook niet kunnen maken en dan had het ons heel wat geld gescheeld. Bij rondreizen weet je nooit precies waar je terechtkomt, behalve in het geval van een resort in Turkije (hoewel Alberto Stegeman van Red Mijn Vakantie het tegendeel heeft bewezen), dus we nemen het voor lief en nemen een taxi terug naar Gilimanuk vanuit waar we de touring bus nemen naar Denpassar. Van Denpassar naar Ubud delen we een taxi met een Belgisch stel. Wat een verschil in sfeer! Ubud is ongeveer de meest touristische plek die we hebben gezien tot nu toe op onze reis, of hij deelt de eerste plaats met Yogya. In Yogya waren er meer Nederlanders, maar hier ontbreekt het ook niet aan toeristen. Ons schattige hotelletje in een zijstraat in Ubud is precies waar we aan toe zijn; schone handdoeken, een king size bed en een warme douche. De Nederlanders die we hebben ontmoet in Yogya zijn ook in Ubud en 's avonds eten we met hen samen.

Op zaterdag gaan we naar het sacred Monkey Forest. Hier huizen zo'n 600 apen in een beschermd natuur gebied. Saar wordt aangevallen door een stuk of 4 apen en we maken kennis met de Indonesische EHBO. Het is slechts een kras en er is dus geen reden tot paniek (hondsdolheid!). Nadat San ondergepoept is door een aap zijn we er wel klaar mee en gaan we lekker (Westers!) lunchen in een restaurantje in het centrum. Bij aankomst in ons volgende hotel blijkt de reservering niet goed doorgekomen te zijn en is er geen kamer voor ons beschikbaar. Wel mogen we aan het hotel zwembad liggen totdat iemand ons kan komen ophalen om naar een ander hotel te brengen. Het andere hotel blijkt een guest house, gelegen in een binneplaats waar voor de rest niemand anders aanwezig is. Nou, we gaan maar sushi eten. Volgens de Lonely Planet is het de beste sushi van Bali en dat maken ze ook helemaal waar! Ontzettend lekkere sushi met gebakken kip..

De zondag hebben we afgesproken met twee Nederlandse meisjes, een Duits meisje en een Zwitsers meisje dat we hebben ontmoet in Bandung. Zij zijn op dat moment ook in Ubud. Samen bekijken we een tempel in het centrum van Ubud en drinken we koffie. Ze nodigen ons uit om mee te gaan op tour door de omgeving van Ubud en gezessen huren we een taxi die ons langs de twee bekendste tempels van Ubud-omgeving brengt (de namen weten we niet meer). Ook bekijken we een sawa, oftewel rijstterras en lunchen we te midden van rijstvelden (ja er zit een verschil tussen beide!). Het is dolle pret om met zes meiden opstap te zijn.
In de avond rijden we met de bus Ubud weer uit, op weg naar Legian, een strandplaats in het Zuiden van Bali. Daar hebben we afgesproken om de Nederlandse jongens weer te zien en met hen opstap te gaan. Wat een hilarische avond! Mocht je even niet lekker in je vel zitten als vrouw, ga naar Bali en je ego krijgt een driedubbel dikke boost waarna je echt niet meer inzit over flapjes of striae. De club waar we terecht waren gekomen heet La Favela en het is een kruising tussen een Mexicaans drugs kwartel en een Che Guevara bolwerk. De sfeer is uitermate ontspannen en de muziek is gepast voor onze mega coole dance moves. Een frisse duik in de Indische oceaan kan op een avond als deze natuurlijk niet missen en na het zoute water verplaatsen we ons naar het zwembad. We waren even vergeten hoe fijn het is om 's nachts (inclusief maanlicht, hoe afgezaagd) te zwemmen. De volgende dag bestaat voornamelijk uit water drinken, aan het strand liggen en slapen.

Op de dinsdagavond durven we het wel weer aan en zoeken we de bekendste club van Bali op: Sky Garden. Een hele andere sfeer, minder knus, maar geen reden om een stomme avond te hebben. Sky Garden heeft verschillende verdiepingen met steeds andere muziek en een rooftop met uitzicht over Legian. Hier kunnen we ons wel even vermaken. Helaas na afloop geen duik in de oceaan, nog het zwembad, maar een lekkere duik in ons bed. De volgende dag beslaat eigenlijk hetzelfde als de maandag, dus daar zullen we verder niet heel erg op in gaan. Eigenlijk bestaan alle volgende dagen uit dat ritme: eten, strand, slapen, repeat.

Kortom: living the good life en genieten van deze vakantie. Hopelijk volgend jaar weer de kans om geweldige ervaringen op te doen en vele avonturen te beleven.

Bedankt voor het lezen van onze blog en tot snel in Nederland!

Foto’s